En uit de hemel klonk een stem: ‘Dit is mijn geliefde Zoon, in hem vind ik vreugde.’
Matteüs 3:17
Psalm 2:7 heeft het ook over de zoon. Het gaat om het kronen van een koning uit het geslacht van David. De koning is een legitieme heerser, die door God is gegeven.
‘Die ik liefheb’ verwijst naar Genesis 22, waar God aan Abraham vraagt om zijn eniggeboren zoon te offeren. Een zoon waarvan hij houdt. God stopte de arm van Abraham op het bewuste moment en dat geeft meteen spanning aan het verhaal, want gaat God nu opnieuw deze eniggeboren Zoon sparen?
1Hier is mijn dienaar, hem zal ik steunen,
Jesaja 42:1
hij is mijn uitverkorene, in hem vind ik vreugde,
ik heb hem met mijn geest vervuld.
Hij zal alle volken het recht doen kennen.
Jesaja 42 heeft het over een uitverkorene. Daar gaat het over een dienaar, door God gekozen om zijn volk en sterker nog te redden. Hij is door de geest van God vervuld en krijgt ook Zijn steun.
Met deze paar woorden uit Matteüs en Jesaja krijgt de doop van Jezus een grote betekenis. Het vertelt enerzijds wie Jezus is en anderzijds wat zijn missie is. Deze woorden geven de relatie van Jezus met God aan en geven hem de gezag van een koning, die een heilige taak heeft om het verbond te herstellen.